Sinds dit schooljaar biedt het RvEC een praktijkgericht programma in de mavo. “We vinden het belangrijk dat leerlingen onderwijs krijgen dat hen goed voorbereidt op wat een vervolgopleiding en het bedrijfsleven van hen vraagt. De leerlingen vinden het fijn om praktijkgericht te leren en bezig te zijn. Ons programma geeft daar een mooie invulling aan”, zegt afdelingsleider Aard Ekkel. “Net voor de kerstvakantie zijn de eerste projecten afgerond. Dat was een succes, op naar de volgende projecten!”
Mavo-leerlingen doen examen in zeven examenvakken, meer dan voor een vmbo TL-diploma gevraagd wordt. “Op het RvEC is het praktijkgerichte programma één van die zeven examenvakken. In de derde en vierde klas van mavo werken leerlingen wekelijks een hele middag aan projecten tijdens het praktijkgerichte programma. In deze projecten voeren de leerlingen in groepjes levensechte opdrachten uit van bedrijven in de regio. Ze werken samen aan een oplossing waarmee de opdrachtgever echt geholpen is”, zegt coördinator en docent Rudolf ten Buur. “Buitenschools leren vinden we belangrijk op het RvEC, dus het praktijkgerichte programma vindt binnen én buiten de school plaats. Leerlingen werken op school aan het project, maar ook in een stage.” Tijdens de projecten maken leerlingen kennis met het werkveld van de opdracht en ontwikkelen ze algemene en praktijkgerichte vaardigheden die onmisbaar zijn in de uitvoering van de opdracht. Aard: “De projecten van het praktijkgerichte programma zijn gekoppeld aan activiteiten rondom LOB: loopbaanoriëntatie en -begeleiding. We schenken veel aandacht aan LOB, zodat leerlingen meer te weten komen over verschillende opleidingen en beroepen. Zo kunnen ze zelf beter en bewuster keuzes maken voor hun eigen toekomst.”
Leren van levensechte opdrachten
De leerlingen hebben hun ideeën en oplossingen voor de eerste projecten inmiddels gepresenteerd aan hun opdrachtgevers. “Leerlingen hebben bijvoorbeeld gewerkt aan het idee om voorwerpen van grote historische waarde te exposeren in de boven- en ondergrondse bunkers in Nieuw Balinge. Ze kropen in de huid van designers die de expositieruimte ontwerpen. Hun bijdrage ging dus niet over wat er werd geëxposeerd, maar hoe dat het beste kon”, zegt betrokken docent Matthijs Jansen. Aard vult aan: “De leerlingen werken in kleine groepjes samen, maar elke leerling heeft daarin zijn eigen rol. Ze maken zelf keuzes in het project op basis van hun interesses. Het project werd afgesloten met een presentatie aan de klas en de opdrachtgever. De leerlingen vertelden aan de hand van hun moodboard bijvoorbeeld welke sfeer en stijl zij graag willen terugzien in de expositieruimte. Op basis van hun schetsen hebben ze met behulp van de 3D-printer een heus prototype gemaakt. Een prachtig eindresultaat van een succesvol eerste project in het praktijkgerichte programma. Leren van levensechte opdrachten, superleuk én ontzettend leerzaam!”