Leerlingen brengen stem uit tijdens Scholierenverkiezingen

Meer dan driehonderd scholen doen mee aan de zogenaamde Scholierenverkiezingen. Ook op het Roelof van Echten College zijn maandag 20 en dinsdag 21 november veel stemmen uitgebracht op politieke partijen die woensdag 22 november meedoen aan de Tweede Kamerverkiezingen. “De stemmen tellen niet echt mee, maar het is een leuke manier om jongeren te laten ervaren hoe het is om te stemmen”, zegt docent Peter de Jong. 

Alle leerlingen uit de derde t/m zesde klassen van RvEC-locatie Bentinckspark mochten hun stem uitbrengen. “Jongeren leren het meeste over verkiezingen door zelf te ervaren hoe verkiezingen werken. Daarom lijken de Scholierenverkiezingen op echte verkiezingen. Deze Scholierenverkiezingen verlagen de drempel om bij échte verkiezingen ook daadwerkelijk te gaan stemmen”, zegt Peter. De bibliotheek van locatie Bentinckspark was omgetoverd tot stemlokaal. “Het stemlokaal werd gerund door leerlingen. In hun rol als stembureaumedewerkers zorgen zij ervoor dat de verkiezingen op correcte wijze verlopen. De stembiljetten werden verzameld in een stembus en het stemmen kon in een heus stemhokje van de gemeente Hoogeveen. Net echt dus!”

Gastlessen van gemeenteraad Hoogeveen

De eerste- en tweedejaars leerlingen van locatie Bentinckspark brachten geen stem uit, maar hebben wel veel geleerd over de verkiezingen en politiek. “In bijna alle eerste en tweede klassen zijn raadsleden van de gemeente Hoogeveen op bezoek geweest”, vervolgt Peter. “In deze lessen luisterden de leerlingen aandachtig naar wat de raadsleden te vertellen hadden over de landelijke en plaatselijke politiek. Allereerst hebben ze aan de hand van stellingen gekeken wat de voorkennis en interesse van de leerlingen is over de politiek. Daarna kregen ze uitleg over stemmen, de Tweede Kamer, gemeenteraad, burgemeester en wethouders. Tenslotte mochten de leerlingen hun ideeën over de ontwikkeling van het zwembad in Hoogeveen delen met de raadsleden. Zij nemen dit mee als input in de raadsvergaderingen.”

Menu